Omschrijving

De cursus gaat in op de mogelijke problemen die onderwaterorganismen voor duikers kunnen opleveren. Hierbij wordt uitgegaan van de volgende klassificatie van de organismen:

• Porifera (sponsdieren) en Annelida (wormen)
• Echinodermata (stekelhuidigen), Crustacea(kreeftachtigen)
• Cnidaria (neteldieren)
• Mollusca (weekdieren)
• Haaien en Roggen
• Beenvissen
• Zeeslangen
• Zeezoogdieren

Per klasse worden de algemene verdedigings- en/of aanvalsmechanismen van het organisme besproken. Daarnaast worden van de meest voorkomende of meest gevaarlijke organismen binnen iedere klasse:

• aan de hand van beeldmateriaal illustraties gegeven,
• het gedrag besproken,
• de gevaren die deze opleveren behandeld,
• de soort verwondigen die kunnen ontstaan,
• de korte en lange termijn effecten,
• de behandelingen die daar bij horen
• de preventie en beschermende maatregelen die genomen kunnen worden.

Dit leidt concluderend tot de uiteindelijke adviezen die tijdens een duikgeneeskundig onderzoek gegeven kunnen worden.

Het bespreken van de organismen wordt vooraf gegaan door eerste hulp en wondmanagement bij toxische en allergische reacties en marine bacteriologie. Afgesloten wordt de cursus met een aantal specifieke vormen van intoxicaties zoals Ciguatera en scromboid vergiftiging en dermatitis/pruritis.

Naast de theorie, wordt de cursist ook gevraagd zelf tijdens het duiken of snorkelen gevaarlijk onderwaterleven op te sporen, vast te leggen en de volgende dag in de cursus te bespreken.

Tijdens de cursus wordt een aantal keren casuïstiek aan de cursisten voorgelegd. Deze wordt in kleine groepjes uitgewerkt en gepresenteerd.

Tot slot vormt natuurlijk ook de praktijk van het duiken weer onderdeel van de cursus. Cursisten die nog geen duikbrevet hebben krijgen een opleiding tot openwater duiker. Voor degenen met een duikbrevet bestaat de mogelijkheid vervolgbrevetten te behalen of een 10-duiken arrangement te nemen (zie inschrijfformulier voor mogelijkheden).